Dode zielen – Nikolaj Gogol


Ten dele geslaagde parodie op lijfeigenschap

Dode zielen van Nikolaj Gogol heeft de naam een grote roman te zijn. Het is één van de klassiekers uit de Russische literatuur. De club die al gedurende ruim een eeuw bepaalt wie de Nobelprijs voor de literatuur krijgt, de Zweedse Academie is er mede verantwoordelijk voor dat het is opgenomen in de lijst van 100 beste boeken uit de wereldliteratuur. Dat wekt verwachtingen.

Bezit van lijfeigenen was tot 1863 voorbehouden aan de Russische adel. Over dit bezit moest belasting worden betaald. Dode zielen zijn lijfeigenen die zijn overleden maar die nog niet uit de boekhouding zijn verdwenen. Eens in de tien jaar vindt er een hertelling plaats, de Revisie. Pas bij de volgende telling kunnen ze van de lijst af en pas vanaf dat moment zijn de eigenaren geen belasting meer over hen verschuldigd.
Tsjtsjikov is een omhooggevallen mislukkeling. Twee keer heeft hij zich middels list en bedrog een aanzienlijke status weten te verwerven met bijbehorende rijkdom, doch even zovele keren is hij vrijwel alles weer kwijtgeraakt. Omdat hij zich in zijn hoofd heeft gezet om rijk en aanzienlijk te worden bedenkt hij een list: het op papier kopen van de lijfeigenen zodat hij gedurende de looptijd eigenaar is en de vorige eigenaren van een last zijn verlost. Hij beoogt rijkdom te vergaren door zijn papieren eigendom in onderpand te geven en de opbrengst aan te wenden voor een luxe leventje en voor herinvesteringen. In de nogal bizarre omstandigheden van toen een creatieve gedachte, maar er klopt toch niet veel van, niet alleen vanuit moreel oogpunt. Zijn plan wordt doorzien en als iemand op een feestje te loslippig wordt gaat het mis.

Dode zielen gaat niet zozeer om de plot. Het beoogt een parodie te zijn op de werkelijkheid van het Rusland uit de eerste helft van de negentiende eeuw. Het lijfeigenschap en het fenomeen Dode zielen zijn daartoe een welkom handvat. Het beeld dat Gogol schetst is nogal deprimerend. Niet alleen vanwege het fenomeen lijfeigenschap, maar vooral ook door de nogal deplorabele staat waarin de Russische elite verkeert. Veel moreel besef is er niet, sociaal gedrag is uitzonderlijk, list en bedrog, goklust, schranspartijen en drankzucht zijn aan de orde van de dag. Vrouwen spelen geen rol van betekenis, ze bestaan vooral om de “heren” te vermaken.
In die zin is Dode zielen een bijzonder belangwekkend boek.

Het gaat echter geregeld mis met de stijl en de vertelwijze van Gogol. Hij is niet bepaald stijlvast, hij laveert nogal eens tussen parodiërend en serieus. Die afwisseling pakt niet altijd gelukkig uit, maar daar is wel mee te leven. Het probleem zit hem meer in de vertelwijze. Het eerste deel van Dode Zielen is geweldig. Gogol laat hier zien waartoe hij in staat is en dat deel lees je met een constante glimlach vlot door. Vooral de bezoeken aan de edelen en de manier waarop Tsjitsjikov de onderhandelingen voert zijn prachtig beschreven evenals de omstandigheden waarin deze plaatsvinden. Dit geldt ook voor de beschrijvingen van het landschap, de matige infrastructuur en dito vervoerswijzen. Maar in het vervolg laat hij het uit zijn handen glippen en gaat het verhaal met hem op de loop. Hij weet zich niet meer te beperken, de beschrijvingen worden oeverloos lang, de kwaliteit van de conversaties loopt terug. Er zijn passages bij waar het moeilijk is de aandacht erbij te houden, sommige passages zijn ronduit vervelend.

Tot zover het eerste deel. Deze versie van Dode zielen bevat ook een versie van de aanzet tot de twee beoogde vervolgdelen. Het was de bedoeling van Gogol dat het zou uitgroeien tot een trilogie maar dat kwam er niet van. Zijn geestelijke gesteldheid ging achteruit, hij liep vast in zijn werk en heeft tot twee keer toe ruwe versies van de vervolgen vernietigd. Gezien de tekst die wel behouden is gebleven is het maar zeer de vraag of dat als een gemis moet worden beschouwd. Ik denk het niet.

In een uitgebreid nawoord doet vertaler Arthur Langeveld dit uit de doeken. Daarnaast neemt hij alle ruimte om dit werk in de context van die tijd te plaatsen, verduidelijkt veel over de stijl van Gogol en de personages en geeft dit werk een plaats in de Russische literatuur van die tijd.
Dit nawoord vergoedt veel. Vanaf ongeveer de helft van het boek is het bepaald niet altijd makkelijk door te komen, soms taai, doch het nawoord en de toelichting zijn zeer de moeite waard en misschien wel lezenswaardiger dan veel van het voorafgaande. Hiervoor verdient Arthur Langeveld alle lof.

Het moge duidelijk zijn dat ik van mening ben dat de hoge verwachtingen maar ten dele zijn ingelost. Dode zielen heeft alleszins zijn onvergetelijke momenten en is bij vlagen uitstekend, maar het kent helaas toch ook te veel zwakke passages.

Dode zielen Boek omslag Dode zielen
Nikolaj Gogol
Roman
L.J. Veen Klassiek
Editie 2016
E-boek
375
Arthur Langeveld

 

Gogol's Dode zielen is tegelijk een van de meest geslaagde en betreurenswaardige romans uit de wereldliteratuur. Meest geslaagd omdat de roman door zijn held, gentleman-oplichter Tsjitsjikov, eenzelfde onvergetelijke status verworven heeft als Don Quichot, Anna Karenina en Madame Bovary. Meest betreurenswaardig omdat Gogol zijn onweersproken meesterwerk niet alleen niet voltooide maar bovendien voor een groot deel aan het vuur prijsgaf.

Gogol (1809-1852) maakt kunstig gebruik van het gegeven dat er in het tsaristische Rusland maar eenmaal per drie jaar een telling en opgave van lijfeigenen voor de belasting was. Tsjitsjikov beseft dat de namen van de in de tussentijd overleden lijfeigenen geld waard zijn en dat hij daar dus een hypotheek op kan nemen, als hij ze te pakken krijgt. Roofkapitalisme en hypotheekzwendel avant la lettre dus: een geniale satire op de kleinheid van het mensdom. Wie anders dan Gogol zou hebben kunnen bedenken dat een landeigenaar de prijs van zijn dode timmerman opdrijft omdat die zijn vak zo goed verstond?

Share

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.