De rover – Robert Walser

De rover door Robert Walser
“Nach Natur” Robert Walser als Karl Moor, geschilderd door Karl Walser

Uiterst merkwaardig. Hierover later meer.

Ongeveer alles aan De rover van Robert Walser is merkwaardig. De ontstaansgeschiedenis is bijzonder, de stijl is nauwelijks te vergelijken met die van andere auteurs, het gaat over van alles en nog wat zonder dat er een lijn valt te ontdekken, de hoofdpersoon en de schrijver zijn steeds moeilijker uit elkaar te houden naarmate je verder komt. En de in verschillende varianten opduikende belofte dat later wordt teruggekomen op aangesneden onderwerpen blijkt veelal loos.

Walser raakte rond zijn vijftigste in een mentale crisis. Hij ondervond tegenslagen in de publicatie van zijn werk, kreeg nachtmerries en de mensen in zijn omgeving moesten wel tot de conclusie komen dat opname in een verpleeghuis het beste voor hem was. Uit het uitgebreide nawoord van de vertaalster Machteld Bokhove valt te concluderen dat hij in een dergelijk beschermde omgeving aardig kon gedijen.

Microgrammen

Hij is ondanks tegenslagen nooit gestopt met schrijven totdat zijn opname definitief bleek, op een plek waar hij tegen zijn zin was. Walser schreef tot die tijd niet altijd openlijk, zette nauwelijks te ontcijferen kleine tekens op kleine papiertjes in een zelf bedachte taal. Deze volgepende papiertjes zijn de microgrammen. Er is later behoorlijk veel voor nodig geweest om er leesbare tekst van te maken.

De rover is ook op die manier tot stand gekomen. Het bestaat uit vierentwintig van deze microgrammen, die hier en daar ook flarden van ander werk bevatten. Het bestaat uit vijfendertig niet genummerde hoofdstukken. In het boek vormen enkele witregels de scheiding tussen deze hoofdstukken.

Discontinue gedachtenstroom

De rover is in geen enkel opzicht te vergelijken met verhalende romans. Walser begint ergens mee, springt onderweg van de hak op de tak en veelvuldig doet hij de belofte later nog eens terug te komen op mensen en voorvallen. Veelal zijn die beloften niets waard. Het past helemaal bij dit boek waarin geen rode draad valt te ontdekken.

Daar komt bij dat de verteller niet consequent is, onbetrouwbaar is wel het minste dat je hem kunt noemen. Alles bij elkaar lijkt het de weergave van de gemoedstoestand van de schrijver.
Naarmate je vordert wordt het steeds moelijker om onderscheid te maken tussen auteur en hoofdpersoon. De hoofdpersoon maakt dingen mee die Walser ook zijn overkomen. Zo houdt hij zich in leven met de erfenis van een rijke oom, iets dat ook Walser is gebeurd. De vreemde capriolen die hij in zijn liefdesleven uithaalt lijken ook op dat wat de auteur zelf heeft meegemaakt. Dat geldt ook voor het onregelmatig veranderen van verblijfplaats.

Op enig moment noemt hij De rover iemand die op zijn rijkelijk gehonoreerde rooftochten landschapsindrukken en gevoelens rooft. Is dat niet bij uitstek de taak van een kunstenaar, in dit geval de auteur? Observeren en hiervan zijn subjectieve weergave maken?

Ironie, zelfspot en levensbeschouwelijk

Walser lijkt er niet voor terug te deinzen zichzelf op de hak te nemen. Het schrijfproces en het belang van het schrijven als zodanig komt regelmatig aan de orde:

“Ik stel hier een weloverwogen boek samen waaruit absoluut niets geleerd kan worden. Er zijn namelijk lieden die uit boeken aanknopingspunten voor ’t leven willen putten. Voor dit soort  eerbiedwaardige lieden schrijf ik dus tot mijn reusachtig grote leedwezen niet.”

Voor wie dan wel kun je je dan afvragen? Voor mensen die kunst willen ondergaan zonder alles te hoeven begrijpen. Voor hen die kennis willen nemen van de gedachtenkronkels van een getalenteerde schrijver met een wankele psyche. Voor hen die aan het denken willen worden gezet door iemand die af en toe ineens met diepzinnigheden komt waar je ze niet verwacht.

Voorgaande wil niet zeggen dat ik in zijn geheel heb genoten van De rover. Het taalgebruik is creatief, de stijl eigenzinnig, het spel dat Walser speelt met auteur, hoofdpersoon en lezer fascinerend, allemaal waar. Maar er waren ook momenten dat ik twijfelde of ik nog wel verder wilde met dit boek, iets wat ik ook met een ander boek van hem heb ervaren. En toch ben ik blij dat ik heb doorgezet en ik denk zelfs dat De rover een boek zal blijken te zijn dat ik gewoon af en toe uit de kast trek om een willekeurig fragment te herlezen.

Bijzondere waardering voor de zeer creatieve vertaling van Machteld Bokhove en voor haar uitstekende en verhelderende nawoord is op zijn plaats.

Meer informatie over dit boek:

Link naar de website over Robert Walser

Share

2 gedachten over “De rover – Robert Walser”

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.