de zwartharige nacht draagt
zijn bevend lichaam
door het gloeiend heelal
en om de huizen huilt
de wind
de regen die eentonig klaagt
staat donker voor het raam
als een verlegen kind
en in mij wordt mijn hart verruild
voor wind
laat mij zo drijven in mijn droom
op de wiekslag van de wind
over sterren en planeten
op de wiekslag van de wind
over bergen over zeeën
op de wiekslag van de wind
– laat mij mijn droom
en laat de wind.
—
Meer over H.H. ter Balkt
Like