Avondzang – Jacques Perk

Het zuidewindje suist door zwarte twijgen,
En kust het slapen dons der zangers teeder, –
De zilvren boomen wiegen heen en weder,
En doen hun schaduw met hen mede nijgen, –

Een stille zwoelte komt uit de akkers stijgen,
Een koele stilte daalt op de donzen veder, –
De zilvren nachtzon sprenkelt droomen neder,
En lacht van liefde in eeuwig lachend zwijgen:

Mathilde sluimer! Zomernacht doet droomen,
En zomerdroomen zijn van manestralen,
En manestralen zijn als liefdesstroomen:

De liefde doen zij uit den hemel dalen,
En dalen in de ziel, die zij vervromen:
Is liefde dwalen, kan men zoeter dwalen…?

Share

Ontdek meer van JKleest

Abonneer je om de nieuwste berichten in je inbox te ontvangen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Ontdek meer van JKleest

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder