De zon komt op en alles glinstert,
al het gras en alle wilgen.
De nacht is af.
De lucht wordt bleek.
En alleen een nijlpaard ontbreekt
dat uit een sloot klimt,
en misschien nog een leeuw
die door een raam springt,
een man naar buiten sleurt, aan stukken scheurt
en opeet
in het gras onder de wilgen langs de sloot.
Zijn bek wordt rood. Hoor hem grommen!
Mussen jaagt hij weg,
vliegen, torren,
en achter een boom staat een jongen, een zakje met boterhammen in zijn hand,
voor tussen de middag.
Hij houdt zijn adem in.
De dag begint.
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.