Opgroeien in een benauwende omgeving
Over hoofdpersonen die worstelen met hun geloof zijn al heel wat boeken verschenen. Zo veel dat je wel van goeden huize moet komen om je te kunnen onderscheiden van wat al eerder is geschreven. Jasper Christiaan doet in zijn debuutroman De openbaring een moedige poging daartoe.
Kindertaal
Jasper Christiaan van de Bovenkamp (zijn volledige naam) is freelancejournalist en schrijver. Zijn teksten gaan veelal over filosofie, sociologie en zingeving. Eerder verscheen van hem Moeder van 40.000 kinderen, een boek over armoede. De openbaring is weliswaar een verzonnen verhaal maar bevat wel autobiografische verwijzingen.
Het is 1992. Hoofdpersoon Marnix is aan het begin van het boek op een dag na vijf jaar oud. We volgen hem door de tijd heen, maar de chronologie wordt doorbroken door veelal in korte stukken geknipte delen die Epifanie, De kamer en Het raam heten. De eerste twee jaar nemen relatief veel ruimte in, ongeveer een derde. De jaren daarna, tot en met 2005, vullen de rest.
Het taalgebruik aan het begin is even wennen. Marnix verbastert woorden zoals mersjines, blixum, verkansie en De Neere. Gek genoeg komt een moeilijk woord als rododendron dan weer perfect op papier te staan. Als het bedoeld is om de lezer in het hoofd van een kind te laten vertoeven dan is dat aardig gelukt. Of het de leesbaarheid ten goede komt, moet iedereen maar voor zichzelf uitmaken, maar mij kon het niet bekoren.
Dwingende inwendige stem
Marnix groeit op in een zwaar gereformeerd gezin en dito omgeving. Ik kan niet uit eigen ervaring spreken maar blijkbaar is het in die kringen gebruikelijk om jonge kinderen al te laten weten dat ze gedoemd zijn, een verdorven ziel hebben en tot niets goeds in staat zijn. Alles wat het leven een beetje aangenaam en wat lichter zou kunnen maken, is zorgvuldig geëlimineerd. In het geval van Marnix is dat niet vol te houden. Zijn oudere zussen hebben de religieuze grenzen al meer dan eens overschreden. De tijdgeest en ontwikkelingen zoals de opkomst van internet zijn niet te stuiten. Marnix heeft ook nog eens te maken met een ervaring die voor hem traumatisch blijkt en ook met een inwendige stem.
Aan het begin stuurt die stem hem de kant op van kinderlijke ongehoorzaamheid. Naarmate Marnix ouder wordt en de wereld begint te ontdekken, inclusief de stuitende hypocrisie van de strenge gelovigen, klinkt die stem steeds luider en dwingender. Die drijft hem over steeds meer grenzen heen en die helpt hem richting een onafwendbaar einde.
Voegt De openbaring iets toe aan de schier oneindige hoeveelheid boeken die over opgroeien in zo’n omgeving gaan? Alleen al in Nederland hebben we het dan over schrijvers als Jeroen Brouwers (Het hout), Jan Siebelink, Maarten ’t Hart, Franca Treur, Ellen Heimerikx en vele anderen.
Nee en ja. Nee, als het gaat om het beschrijven van de droefgeestige, benauwende omgeving. Toch ook een ja. De inwendige stem en hoe die sterker wordt naarmate Marnix ouder wordt is goed gevonden. En wat ook niet al te vaak voorkomt: af en toe is De openbaring heel grappig, hoewel niet altijd op verfijnde wijze. Of dat genoeg is om dit boek boven de grijze massa uit te tillen zal moeten blijken. Al met al vond ik het, hoewel niet slecht, toch te weinig onderscheidend.
Literatuur
Alfabet
2024
Paperback
333
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.