Gewoon ademen moet niet moeilijk zijn
planten water geven en een bonsaiboom, stofzuigen
naam geven aan een kat, bed opmaken
er zijn zaailingen die in huis worden gehouden
voor wie een zonnig raam nog te donker is
Het zou goed zijn om boeken te kopen als je de tijd om te te lezen erbij kon kopen – Arthur Schopenhauer
Gewoon ademen moet niet moeilijk zijn
planten water geven en een bonsaiboom, stofzuigen
naam geven aan een kat, bed opmaken
er zijn zaailingen die in huis worden gehouden
voor wie een zonnig raam nog te donker is
Een vrouw beminnen is de dood ontkomen,
weggerukt worden uit dit aards bestaan,
als bliksems in elkanders zielen slaan,
tezamen liggen, luisteren en dromen,
meewiegen met de nachtelijke bomen,
elkander kussen en elkander slaan,
elkaar een oogwenk naar het leven staan,
ondergaan en verwonderd bovenkomen.
Die mond van niet te spreken
en die ogen van niet thuis
heb ik daarvoor zo’n grote reis gemaakt
langs heuvelruggen achterdocht
en valkuilen onrust?
Doe dommer dan ge zijt,
maar mijd u voor de klippen;
leef buiten ruimte en tijd
doch spoed u lijk de kippen.
Een omtrek maakt helder. Met trage slagen je tempo
bewaren. De oever schuift op terwijl je door het water
wordt gedragen. Alles zit in je de wereld heeft een grens
grasvlakken oevers wolken die het oppervlak bevolken.
Het water van de zee is altijd zout,
Hoe men de suikerpot ook mag hanteren,
Geagiteerd over het strand marcheren,
Terwijl de wind de brandingkoppen krauwt;
Een borstbeeld hakken uit scheepstimmerhout,
Des nachts, in droom, met meerminnen verkeren,
Tarbot fileren of Neptuin vereren:
Het water van de zee is altijd zout.
Niets is vernielender dan de warmte
De kou houdt in stand, is statisch;
de warmte beweegt met de vernieling mee
en wekt een valse schijn
van zon, gezondheid, zinvolle zonde
Vanavond vieren ze hun eigen feestje
En komen kleurig uitgedost bijeen
Niet slechts in saai zwartblauw zoals voorheen:
De sjeu is trend bij menig letterbeestje
Te leven en dat leven te vergeten
met zijn gedonderjaag en doe-maar-dik
voorgoed verstrikt geraakt in eigen ik
en toch weer kleren aan en toch weer eten.