Poëzie is een ziekte, een
woekering op de oester
die men leven noemt: iets
dat slijmerig vegeteert
tussen harde en scherpe schelpen
die wrokkend het stromende weren –
Gedichten
Hansken – C. Buddingh’
‘Hansken den Olyphant is mynen naem,
in veel Landen heb ick groote faem.’
Zijn neus hangt af tot op zijn lemen voeten.
Zijn vel van grijs gekreukeld crêpe de Chine.
Dit schonk Ceylon de Heren Zeventien.
Publiek komt hem begapen en begroeten.
Adembenemend – Remko Koplamp
Machtig mooi ogenblik
Kort na mijn hartstilstand
Vond zij mijn lippen
Zij deed het perfect
Het onwaarschijnlijke – Charles Simic
Misschien zijn er nog woorden
Op het bord achtergebleven
In die grijze school, nu wegens
De wintervakantie gesloten.
De zomer kan me gestolen worden – Jan Wolkers
I
De zomer kan me gestolen worden.
fris groen verschrompelt zinderend tot as.
Mijn vader die vurig gelooft
Dat God zijn goudrenetten stooft
In zonlicht van miljarden jaren oud.
De larf vreet zich tot worm des verderfs,
Begeerlijk vruchtvlees roest tot op het bot,
Het klokhuis wordt een tongewelf van smet.
De ledigheid van liggen in het gras,
De zonnebrand van Onans stuifmeel,
Verkleeft tot donorgift op het gewas.
Op blote voeten zijn de sintels scherp,
De boetedoening is geen vorm van straf,
Een legpuzzel van woede stroomt de helling af.
Schittering – J. Bernlef
Verlegen maakt iemand
op zijn mooist, siert hem
van binnen
Verstrikt in aarzelingen
houdt hij het schichtig
voor gezien
Cadeau – Herman de Coninck
Het gaat niet over hebben, hooguit over krijgen.
Alléén ben ik degene die nooit praat,
maar met jou kan ik zwijgen.
De jongen – Martinus Nijhoff
Hij zat in nachtgoed voor het raam en liet
Willoos het hoofd hangen op het kozijn –
Hij zag den landweg langs de heuvels zijn
Kronkel wegtrekken naar het blauw verschiet.
Dat je een zuil werd – Jacobus Bos
omdat je omkeek
dat spreekt mij wel aan. En dat
je voor altijd van verre
er prachtig gebeeldhouwd uitzag
als iets dat mijn
Ik zit naast een man – Steven van der Heyden
Ik zit naast een man die ik niet ken, hij praat
over dagen waarvan ik weet dat ze niet van mij zijn geweest
ik raak snel dingen kwijt, zoek al lang genoeg
om zeker te zijn