Mijn vader heeft de waterlaarzen aan.
Wij samen zijn de Lekdijk afgekomen.
Ik ben voor mijn verjaardag meegenomen:
hij moest vandaag bij het gemaal langs gaan.
Ida Gerhardt
De akelei – Ida Gerhardt
Toen hij het kleine plantje vond,
boog hij aandachtig naar de grond
en dan, om wortels en om mos
groef hij de fijne aarde los,
voorzichtig – dat zijn hand niets schond.
Dodenherdenking – Ida Gerhardt
De namen der gevallenen
die wij zo snel vergaten
worden soms nog gezongen
bij monde van de stormwind.
Dan: luister aan de palen.
Ik hoorde het eens vervaarlijk
onder Zalk en Veecaten –
te zwaar haast voor de masten
en de metalen draden.
—