Is het weer herfst met gouden licht
en rollend om zijn eigen as
nauw hoorbaar in het droge gras
valt een kleine herfstengel.
Wat hij hier doet, hij moet
verdwaald want onbestaand
gezichtsbetovering geweest.
Het is nu tijd om in te gaan
tot modder en tot rottend blad
om licht beneveld door een zwam
verlangen op te doeken levenslang
het houtvuur in of ondergronds.
Toch soms die matte flonkering
een lichte stap, het rustend vleugelpaar.
Is hij al opgegaan in esdoornhout
is weer dit woud gegeven aan
wie bleven staan en uit verwondering
het smalle pad, de foute weg inslaan.