Kafka op het strand – Haruki Murakami


Meeslepend van begin tot eind

“U wordt aangeraden geen uit de lucht gevallen vissen te eten”. Of: “Eerst schuifie-schuifie, en dan pas stenen”. Als je dergelijke zinnen in een verhaal inpast alsof het de gewoonste zaak van de wereld is laad je de verdenking op je een bijzondere schrijver te zijn.
Haruki Murakami is dat. Hij heeft inmiddels een flink oeuvre opgebouwd en grossiert in lovende kritieken, prijzen en hij heeft een grote schare trouwe lezers. Zijn Kafka op het strand is exceptioneel goed.

De vijftienjarige Kafka Tamura is het leven met zijn onmogelijke vader spuugzat en besluit weg te lopen. Hij neemt genoeg geld mee om een paar dagen te overleven en verder ziet hij wel. Een merkwaardige reis met even merkwaardige tussenstops voert hem uiteindelijk naar een bibliotheek waar hij kennismaakt met de bibliothecaris, Öshima, die een soort beschermheer van Kafka wordt. Op diens voorspraak kan hij aan het werk en mag hij gratis inwonen in een leegstaande kamer. Aan de muur hangt een schilderij, een kunstwerk met een heel verhaal. Naam van het doek “Kafka op het strand”.

Tegelijk wordt het verhaal verteld van Nakata, een oudere man die als jongen aan het einde van de tweede wereldoorlog tijdens een uitstapje met school bewusteloos raakt, net als zijn klasgenoten. Hij belandt in een coma die enkele weken duurt. De intelligente jongeman wordt wakker als een lege huls; hij weet niks meer. Maar hij kan wel met katten praten.
Nakata krijgt de opdracht om een verdwenen kat op te sporen. Het is het begin van een evenzeer merkwaardige reis, en uiteindelijk een bijzondere queeste.

Synchrone verhaallijnen

Beide verhaallijnen in Kafka op het strand lopen synchroon in de tijd en cirkelen om elkaar heen zonder elkaar ooit echt te raken. De twee hoofdpersonen ontmoeten elkaar niet.
Er zijn allerlei gebeurtenissen waar beiden mee te maken, de dwarsverbanden zijn legio en toch blijven de werelden gescheiden.

Murakami heeft een bijzondere wereld geschapen, vol magisch-realisme, vol toevallige gebeurtenissen, vreemde voorvallen. Hij doet dat in een kraakheldere stijl die heel natuurlijk aanvoelt. De vele bijzondere voorvallen voelen daardoor niet vreemd aan, hebben eerder iets vertrouwds, alsof het zo hoort.

Die bijzondere wereld wordt bewoond door kleurrijke en memorabele figuren. De twee hoofdpersonen natuurlijk, vooral Nakata, de man die dagen aan een stuk kan slapen, ontwaakt met een enorme eetlust en altijd eerst gaat schijten voordat hij op pad gaat. Maar ook Öshima, de bibliothecaris die niet weet of hijzelf een vrouw is of zijzelf een man, Hoshino, Saeki (de jonge en de ouder versie), Colonel Sanders en nog vele anderen.

Veel scènes zijn het herlezen meer dan waard. Zoals die van de studente filosofie die zichzelf prostitueert en die de betaalde vrijpartij met Hoshino laat ontsporen in een Hegeliaanse filosofische verhandeling. En de toverparaplu van Nakata die het bloedzuigers laat regenen op een stelletje malloten die iemand tot moes schoppen.

Kafka op het strand is een boek dat alles in zich heeft. Het heeft diepgang, veel verwijzingen naar andere culturele en filosofisch uitingen, een vleugje maatschappijkritiek, er komen psychologische aspecten voorbij zoals het oedipuscomplex en daarnaast, en misschien wel bovenal, is het ook een wonderschoon melancholisch verhaal.

Kafka op het strand
Haruki Murakami
Roman, Japanse roman, Magisch-realisme, Coming-of-age
Atlas Contact
2006
Paperback
639
Jacques Westerhoven
9789045000947
Share

3 gedachten over “Kafka op het strand – Haruki Murakami”

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.