Ik ben het gras en lig in de zon
en sta op het punt om
een zonsopgang op te slaan onder 4 tiktakpoten (zo’n kwartet)
kniel als niemand ziet lig ik op het geduld van een anoniem kanaal
hoe m’n liggende duur lijkt uitgestald maar
drijft in niets, geen onderwerpen, in te vullen water
zo nietig
kniel ik voor doden en ongeborenen, bewaren
Natuurgedicht
Lichtval – Chr. J. van Geel
Randen van kleine golven
zijn duizenden klauwende handjes, vingers van schuim.
De berken achter de driekante duinen buigen,
groeien hun armen in de grond.
De zon weegt op de kim, daalt hei tegemoet,
zand voelt de zon op zijn mond,
helm zont zijn voet.