Onze verwekker heeft zijn nageslacht
voorgoed verlaten, mijn broeders H en
J en ik korten de nacht in de zware
fauteuils voor de visite, in de duistere
suite zijner gedachtenis.
Maar god zij dank liet hij een kist
sigaren achter in zijn huis,
de kelder staat vol drank,
wij krijgen kracht naar kruis.
Ik kwam hem, zeg ik, tegen
deze avond, niet echt maar heviger
en vriendelijker dan vroeger, hij
groette haastig, ging zijn eigen
weg, kamers in en uit als wilde
hij nog eenmaal door zijn huis
voor hij het afsloot tegen
de naderende nacht.
Zo leeft en vergaat in woorden, rook
en glas een vader, tastbaar als de as
op onze uitstekende kostuums maar
evenzeer verloren onherhaalbaar
is de kindertijd. Here zegen
onze vergetelheid.
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.