We verdoen de dagen in een waas
van strijkers en weemoedigheid.
Dit is de tijd van valse wensen
en bewogen brieven, de laatste
van het jaar. Hoe dan de broze
maanden bovendrijven, hoe de dagen,
voor het eerst weer, tellen.
Dus bellen oude minnaressen,
wensen ons alvast het beste
en beginnen over onbezonnen lentes
en het schrikbeeld van een berg
van zevenduizend monter opgerookte
sigaretten – weer een jaar in as.
December, inkeer en ontreddering,
een schacht van angst die niet bezworen
wordt door drank of naasten. Waar is toch
het vuurwerk dat het tellen temt,
de stem die zegt dat het jaar
alsnog een noodzaak kent?
—
Meer over Menno Wigman
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.