Naar het paradijs – Hanya Yanagihara

Op naar een helse toekomst

De grote doorbraak van Hanya Yanagihara was Een klein leven. Door velen is dat boek omarmd maar er waren ook heel wat mensen die het vreselijk vonden. Sommigen hadden het over emo- of slachtofferporno, anderen waren overweldigd door emoties. Het zou niet verrassend zijn als haar nieuwste boek, Naar het paradijs, ook zulke uiteenlopende waarderingen tegemoet mag zien. Wat je er ook van vindt, slachtofferporno is het niet.

Washington Square

Naar het paradijs bestaat uit drie boekdelen. Het eerste boek, Washington Square, speelt zich af in 1893. De hoofdpersoon is David Bingham, die samen met zijn grootvader een groot huis bewoont. De Binghams vormen een steenrijke familie. David is labiel, heeft last van aanvallen en lijkt te bezwijken onder de druk en de verwachtingen waaraan hij niet kan ontkomen. Zijn grootvader heeft hem onder zijn hoede genomen en gedraagt zich niet alleen als beschermer en opvoeder, maar zou het liefst het hele leven van zijn kleinzoon bepalen.

Het begint met de verdeling van de erfenis. Grootvader wil alles goed geregeld hebben op een moment dat hij daartoe nog in staat is. Zijn drie kleinkinderen moeten het leven kunnen blijven leiden zoals zij dat gewend zijn en dat dan in het deel van de Verenigde Staten dat hierin de Vrije Staten heet. Het is het enige deel van de VS waar het leven draaglijk is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de koloniën, ruwweg de zuidelijke helft van het continent.

David hoeft zich over zijn toekomst geen zorgen te maken, alles is geregeld. Zelfs de man met wie hij geacht wordt te trouwen is al voor hem uitgezocht. Ja, inderdaad, man want er is geen onderscheid tussen de seksen; homoseksualiteit is een gegeven, niets bijzonders. David zet zijn toekomst op het spel als hij verliefd wordt op Edward, muziekleraar op de school waar hij eens per week lesgeeft. Dan ontwikkelt zich een meeslepend verhaal dat wel vrij voorspelbaar toewerkt naar een keuze tussen hart en verstand.

Lipo-Wao-Nahele

Grotendeels dezelfde namen in andere rollen op een andere plaats en in een andere tijd, een eeuw later. Ook hier is er weer een David, werkend als jongste bediende op een advocatenkantoor. Nu is hij een nazaat van een Hawaïaanse koning die sinds de inlijving door de VS een koning is zonder land en macht. Een groot deel van dit boek bestaat uit een brief die David van hem ontvangt. Hierin leest David het verhaal van deze Kawika Bingham. Het speelt een rol in zijn overwegingen om te kiezen tussen zijn zekere bestaan en een onzekere toekomst. Ook hier is er een Edward die hem in verleiding brengt.

Het tweede boek van Naar het paradijs is minder meeslepend dan het eerste, het is een variatie op een thema. Het valt wel meteen op dat beide boeken veel overeenkomsten vertonen. Het zijn veelal dezelfde namen, wel in andere rollen. Ook de thematiek is in grote lijnen vergelijkbaar. En net als in het eerste boek krijg je van de hoofdrolspelers weinig mee over huidskleur, geslacht en sowieso uiterlijke kenmerken. Ook nu is de seksuele voorkeur geen thema, hetero of homo en alle varianten daarop, het is allemaal goed en geaccepteerd.

Zone acht

Dat trekt Yanagihara door in het derde boek. Dit speelt een eeuw later en is het meest dystopische deel. Het speelt in New York dat is opgedeeld in zones, gesloten gemeenschappen waar het leven voor de bevoorrechten goed is en voor de vele anderen minder tot heel slecht. Charlie, de hoofdpersoon leeft in Zone acht, een ware hel.

Vernederende huiszoekingen zijn aan de orde van de dag. Mensen moeten het doen met een gelimiteerde hoeveelheid (voedsel)bonnen. De temperatuur is vaak ondraaglijk hoog, het is buiten alleen maar uit te houden in koelpakken. De controle is alom en permanent aanwezig via drones die hier vliegen worden genoemd. Boeken zijn verbannen, lichamelijke verzorging en water zijn tot het minimum beperkt. Bomen zijn weggehaald en verplaatst naar de betere zones. Het leven is een hel, maar men weet niet beter, murw van alle bedreigingen, vernederingen en indoctrinatie.

Dit boek kent een variatie in vertelvorm. Het verhaal in 2093 is min of meer lineair, maar het wordt afgewisseld met uitgebreide brieven die vanaf midden 21e eeuw toewerken naar het vertelheden. In die brieven wordt veel duidelijk over de achtergrond van de hoofdpersoon, maar dat niet alleen. Langzaam maar zeker verandert het min of meer vrije leven in de hel die het nu is.

Er is maar één manier om te ontsnappen: sterven aan de ziekte. Want dat is een ander aspect van deze dystopie. De bevolking wordt geteisterd door dodelijke ziektes waarbij vergeleken Covid kinderspel is. Ook hierin is de overheid rigoureus: zieken worden niet geholpen maar verzameld om in afgelegen kampen te sterven.

Toch een keuze

Het duurt even voor dit derde deel je te pakken krijgt. De afwisseling tussen het leven in 2093 en de inhoud van de brieven lijken lange tijd los van elkaar te staan. Yanagihara neemt uitgebreid de tijd om haar verhaal te doen. Ze heeft veel oog voor details, soms te veel. De keuze voor de briefvorm oogt ook niet erg gelukkig, er is te veel uitleg. Beide aspecten houden het verhaal op, het duurt te lang voordat daar weer schot in komt.

Pas vanaf de helft, naarmate de lijn tussen heden en verleden duidelijker zichtbaar wordt, ontwikkelt dit deel zich tot een bijzonder meeslepend en bij vlagen spannend verhaal. Dan wordt duidelijk dat ook hier een grootvader een beschermende en sturende rol heeft die ertoe leidt dat Charlie toch een uitweg geboden krijgt uit dit leven.

Ze, want dat is dan inmiddels wel duidelijk, Charlie is een vrouw, weet niet wat haar te wachten staat. Ze krijgt een leven voorgespiegeld in een wereld waar ze kan eten wat en wanneer ze wil, waar de temperatuur draaglijk is en keuzevrijheid normaal is.
Dit is fantastisch gedaan. In die passages toont Yanagihara de problemen waarmee mensen te maken kunnen krijgen als ze vanuit gevangenschap de vrijheid tegemoet gaan. En weer is er die keuze: verlaat je de vertrouwde omgeving, hoe rottig die in dit geval ook is, voor een onzekere toekomst in een vrijheid waarmee je misschien niet kunt omgaan?

Kille vertelling

De toon van Naar het paradijs is eerder zakelijk dan emotioneel. In de eerste boeken valt dat niet heel erg op, in het derde boek is dat overduidelijk. Het is kil, emotieloos. Er zijn meerdere plekken en aanleidingen om vol op de emotionele toer te gaan, maar ze doet dat niet. Integendeel, zij vertelt zakelijk hoe mensen worden opgepakt, in geval van ziekte worden geruimd, burgers letterlijk het stempel ongeschikt krijgen (bijvoorbeeld als huwelijkskandidaat) als ze iets doen wat het regime niet bevalt, hoe huizen worden onteigend om ze vervolgens op te splitsen in hokken waar anderen in komen te wonen, ga maar door. Het is zo gevoelloos dat je bijna denkt aan wraak op het stempel van slachtofferporno dat sommigen op Een klein leven drukten.

Je vraagt je af wat zij wil zeggen met deze drie boeken. Keren telkens weer dezelfde patronen terug, is het leven in zekere zin een herhaling van zetten? Weliswaar in andere tijden en andere omstandigheden, maar toch. Of wil zij zeggen dat het verleden niet geweldig was maar dat de toekomst helemaal niet iets is om naar uit te zien? Op een toekomst die Yanagihara hier beschrijft zit niemand te wachten. Een totalitaire samenleving als resultaat van angst voor pandemieën en onbeheersbare klimaatverandering, een ware dystopie.

Naar het paradijs is geen vrolijk boek en het duurt even voordat het je te pakken krijgt, maar uiteindelijk gebeurt dat wel. Vooral het laatste deel is onweerstaanbaar meeslepend en bij vlagen spannend.

Naar het paradijs
Hanya Yanagihara
Literatuur
Nieuw Amsterdam
2022
Paperback
670
Inger Limburg, Lucie van Rooijen
9789046828960
Share

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.