Nietsdoen tot kunst verheven
“Hoe wilt u dat het Grote Rapport eruit gaat zien? Wat voor vorm zou het moeten krijgen? Voor wie zou ik het moeten schrijven?”
“Dat zijn secundaire vragen. Dat laat ik aan jou over. Het zal zijn vorm wel vinden.”
Dat is de vraag waar U., de hoofdpersoon in Satin Island van Tom McCarthy mee worstelt. Een voor hem belangrijke vraag waarop een ontwijkend antwoord volgt.
U., de wereldvreemde, niet tot concrete daden te bewegen bedrijfsantropoloog bij een hoog aangeschreven consultancykantoor, meester in het nietsdoen, maakt plannen. Denkt na, associeert, ruimt soms zelfs zijn bureau op, anticiperend op misschien wel het verrichten van daden, ooit. Maar het papier blijft leeg.
Zijn baas, Peyman, is dolblij dat zijn onderneming een groot project mag uitvoeren, het Koob Sassen project, waarvan het belang schimmig blijft. U. krijgt als taak om het Grote Rapport te maken, het rapport dat alle andere overbodig maakt, het rapport dat hen helpt de wereld om hen heen te ontcijferen.
U. doet niets. Denkt veel. Over olielekken, tribale kwesties, verkeerscongestie in Afrika. Maakt zich druk over wat zijn lat-partner ooit te zoeken had op een Turijns vliegveld waar hij ook ooit is geweest. Volgt het stervensproces van zijn aan kanker bezwijkende collega op de voet. Maar het Grote Rapport wordt nooit meer dan een leeg vel papier.
U. doet niet aan gevoelens. Zijn seksleven is functioneel. Als zijn collega op sterven ligt maakt hij zich druk over de toestand van de ramen, want niet schoon genoeg. Dat gebrek aan emotie deelt hij met zijn vriendin.
Tijdens een demonstratie wordt een mededemonstrant in elkaar gebeukt, op zijn ribben gestampt door de politie.
“Ik hoorde zijn ribben kraken. Een heel raar geluid, het lijkt wel op van die oude chocoladerepen – die met zo’n synthetische honingraat, die altijd knerpte als je erin beet. Crunchies?”
”Ja crunchies. Die waren best lekker”.
“Ja, ik weet niet of je die nog kunt krijgen”.
Daar blijft het bij.
Satin Island heeft nauwelijks richting, geen plot, geen clou. Je leeft circa 200 pagina’s in het hoofd van de uiterst merkwaardige hoofdpersoon. Je deelt zijn gedachtekronkels, zijn merkwaardige en soms (hilarisch) idiote associaties, zijn uitsluitend feitelijke gedachten over emotionerende zaken als de kanker van die wegkwijnende collega.
McCarthy doet dat in een droge stijl die goed past bij U. Zo droog dat het bij tijden naar humor neigt. Het is precies dat wat Satin Island nog enigszins genietbaar maakt.
Satin Island lezen is als het kijken naar een leeg vel papier en je eigen gedachten laten gaan. Het is als een Rorschachtest waar je zelf je verhaal van kunt maken. Want wat is de clou? Waar gaat het over? Voor wie is het geschreven? Vermoedelijk krijgt de lezer als antwoord:
“Dat zijn secundaire vragen. Dat laat ik aan jou over. Het zal zijn vorm wel vinden”.
Geïnteresseerd? Bestel direct bij de lokale boekhandel
Roman
De Bezige bij
2015
Paperback
221
Auke Leistra
U. is een getalenteerd maar ongemakkelijk figuur die voor een hoog aangeschreven consultancykantoor in Londen werkt. Zijn werkgever geeft advies aan grote bedrijven en regeringen en verwacht van de bedrijfsantropoloog - U. dus - dat hij hen helpt de wereld om hen heen te ontcijferen, vooral nu er een gigantisch project wordt aangeboden. Maar in plaats van onderzoek te verrichten, loopt U. zijn tijd te verdoen en raakt hij geobsedeerd door de beelden die de wereld dagelijks op hem loslaat: olielekken, Afrikaanse files, rolschaatsoptochten en zombieparades. Is er, vraagt U. zich af, een geheime logica die deze beelden verbindt? Een codex die, eenmaal gekraakt, de ware reden van ons bestaan onthult?
Terwijl U. manoeuvreert tussen het visionaire en het vage, het briljante en het onzinnige, komt de ware bedoeling van Satin Island naar voren.
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.