Wat een ervaring!
Er zijn van die boeken die bij velen in de boekenkast staan en die maar door weinigen in zijn geheel zijn gelezen. Zen en de kunst van het motoronderhoud is zo’n boek dat ik ook al een tijdje in bezit had maar waar ik nog steeds niet aan begonnen was. Het overlijden van de auteur Robert M.Pirsig, kort geleden, was de directe aanleiding om het nu wel te gaan lezen. Met terugwerkende kracht heb ik er spijt van dat ik het zo lang ongelezen heb gelaten!
Zen is een boek met meerdere lagen, met verschillende verhaallijnen die knap met elkaar zijn verweven. Het is een Erlkönig-achtig reisverhaal, een verslag van een psychologische ondergang en een filosofische zoektocht ineen.
Het reisverhaal
De hoofdpersoon is een anonieme verteller. Samen met zijn zoon Chris ondernemen zij een reis op de motor, een roadtrip die ongeveer een maand duurt. Aanvankelijk worden zij vergezeld door John en Sylvia, vrienden. Hun functie in het verhaal is vooral om de verteller te positioneren. Sylvia blijft onderbelicht. John wordt neergezet als een tamelijk oppervlakkige genieter die niets moet hebben van motoronderhoud en kennis van het apparaat. De verteller zet zich neer als diens tegengestelde: iemand die alles wil weten van het apparaat, tot in het kleinste detail. Hij wil in staat zijn zichzelf te redden, zo min mogelijk afhankelijk te zijn van derden.
Na enige tijd gaan vader en zoon alleen verder. Chris is jong en heeft geen keuze. Nu ze zover zijn gevorderd kan hij niet meer terug en is hij wel gedwongen naar de rug van zijn vader te kijken. Hij heeft af en toe last van fysiek ongemak en kinderlijke dwarsheid, doch de verteller ziet daar geen aanleiding in om de reis af te breken.
In die zin heeft het wel wat trekjes van de Erlkönig, is het een moderne variant daarop. Een zoon die tegen wil en dank op reis is met zijn vader.
Het reisverhaal is op zichzelf weinig bijzonder. De landschappen worden vrij summier beschreven, net als de plaatsen die zij aandoen. Het is ook niet het belangrijkste aspect van het boek, het is vooral de setting voor het verhaal.
De psyche van de hoofdpersoon
Gaandeweg kom je erachter dat de verteller op zoek is naar zijn vroegere zelf. Hij noemt hem Phaedrus, naar de gesprekspartner van Socrates in een werk van Plato, een werk waarin veel elementen van diens filosofie terugkomen. Die Phaedrus, de verteller dus, was tegelijk docent en leerling filosofie.
Als docent drukte hij nogal zijn stempel op zijn leerlingen. Hij was nogal obsessief geïnteresseerd in de details. Een opdracht die hij gaf verliep ongeveer als volgt: beschrijf Amerika in maximaal vijfhonderd woorden. De leerlingen liepen vast, geen resultaat. Ook niet toen de opdracht werd beperkt tot een stad, een straat of een woning. Pas toen werd gevraagd naar een steen en de functie daarvan leverde dat resultaat op. Het is diezelfde houding die de verteller in het nu heeft: de motor vindt hij niet zo interessant, de onderdelen waaruit deze is opgebouwd wel. Daarover kan hij uren vertellen.
Als leerling is hij eigengereid. Hij is bereid om met iedereen de discussie aan te gaan, zelfs met de autoritaire voorzitter van de vakgroep. Het resulteert in een prachtige woordenstrijd, één van de hoogtepunten van Zen en de kunst van het motoronderhoud.
Het is een houding die hij te ver doorvoert. Hij loopt vast in zijn gepieker, belandt in een periode van krankzinnigheid, gedwongen opnames en elektroshocks.
De filosofische zoektocht
De verteller is op zoek naar een begrip dat de door hem verwoorde tegenstelling tussen klassieke en romantische werkelijkheid overstijgt. Een zoektocht waarin vele filosofen onder de loep worden genomen, zoals Kant, Hume, Poincaré en de Griekse klassieken. Het zijn nogal technische verhandelingen die soms erg de diepte in gaan en vaak moeilijk zijn om te volgen. Hij komt uit bij Kwaliteit.
De zoon speelt geen rol in die zoektocht. Tot het einde. In plaats van te blijven zitten gaat Chris ineens staan en kijkt, leunend op de schouders van zijn vader naar de wereld. Een filosofische beeldspraak die realiteit wordt.
Mening
Zen en de kunst van het motoronderhoud is een vreemd boek. Af en toe leg je het met een diepe zucht weg, even klaar met de gedachtenstroom van de verteller, om het even later weer op te pakken omdat je verder wil, moet.
Het is ook verwarrend omdat er soms oeverloos over details wordt gesproken. Dat lijkt vervelend totdat je gaat beseffen dat het de weergave is van het proces dat de verteller heeft doorgemaakt. Steeds verder op zoek naar het detail, om vanuit die details begrip te krijgen van de wereld, een manier van denken die een garantie is voor vastlopen. Als lezer loop je dat gevaar ook als je daarin meegaat, tenzij je tijdig inziet dat het niet alleen gaat om de details maar om de grote lijn: het hoe en waarom van het psychologische verval van de verteller in een eerdere fase van zijn leven.
Zen en de kunst van het motoronderhoud blijkt een boek te zijn dat door velen niet is uit gelezen. Begrijpelijk, het is soms taai, en als je het te lang weglegt om op adem te komen pak je het vermoedelijk niet zo snel meer op. Maar het is ook een boek dat door velen wordt herlezen. Ook dat is begrijpelijk. Het is een boek dat tot nadenken dwingt, een boek dat bij tweede lezing waarschijnlijk nog meer van zijn geheimen prijsgeeft.
Roman
Contact
1977
Paperback
367
Ronald Jonkers
In Zen & de kunst van het motoronderhoud verhaalt Robert M. Pirsig over de motorfietstocht die de hoofdfiguur en zijn elf jaar oude zoon Chris een zomermaand lang van Minnesota naar Californi? maken. Het is het spannende en wanhopige relaas van een vader en een zoon die bevangen worden door een steeds ingrijpender krankzinnigheid. Zen & de kunst van het motoronderhoud is een van de belangrijkste en invloedrijkste boeken van de afgelopen halve eeuw. Het is een persoonlijke en filosofische zoektocht naar de fundamentele vragen van het bestaan, en een lucide bespiegeling over hoe wij beter zouden kunnen leven.
'Het is in feite een filosofische verhandeling opgelost in een roman, en die roman is waarschijnlijk de aanleiding dat het boek steeds meer wordt verkocht. Dat succes is verdiend: alleen al om die roman is het een onvergetelijk boek.' Vrij Nederland
'Zoals het er nu naar uitziet, is het niet minder dan een, naar vorm en inhoud gemeten, meesterwerk.' De volkskrant
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
Ik ga na deze recensie toch een poging wagen. Dit jaar nog. ?
Daar hou ik je aan. Moet vast wel lukken, bijvoorbeeld tijdens een strandvakantie 🙂
Zen and the Art of Motorcycle Maintenance
Het idee dat ik de titel van dit boek zo nu en dan tegen ben gekomen zolang ik leef, is een verzinsel. Ik ben geboren in 1954 en het boek is geschreven in 1974. Hoe het ook zij, de titel triggerde me niet en ik ben er nooit aan begonnen. Tot een maand geleden. Wat de aanleiding was weet ik niet meer maar ineens was de schijnwerper van mijn bewustzijn erop gericht en heb ik het gekocht. Oh ja, ik weet alweer waarom. Mijn partner en ik lezen elkaar sinds een jaar of wat reisverhalen voor, en ik dacht dat dit ook een mooi voorleesboek zou zijn. Dat viel wat tegen, mijn partner kon er niet veel mee en dus heb ik het alleen gelezen.
Wát een prachtig boek, wát een belevenis. Ik geloof dat mijn interesse pas echt 100% gewekt is door een originele kijk op wat Kwaliteit eigenlijk is: Niet het resultaat van kennen en kunnen, maar de oorsprong ervan!
Ik heb zo’n 20 jaar lang gewerkt aan computerprogramma’s voor de medische sector. Sinds pakweg 1996 is het begrip Kwaliteit een steeds grotere rol gaan spelen in het beleid van ziekenhuizen en medische klinieken en het kwaliteitsmanagement kwam steeds hoger te staan op de lijst van verlangens en verplichtingen. Dat zat helemaal in de lijn van waar ik naartoe werkte met mijn programma voor sterilisatie afdelingen en met overtuiging zat ik dagen en nachten enthousias te hameren op mijn toetsenbord. Het programma kwam commercieel van de grond omstreeks 1998 en ik het leverde me een volle dagtaak en een belegde boterham op.
Maar in 1999 veranderde alles. Door tragische familie omstandigheden kwam ik in aanraking met de Nieuwe Geneeskunde van Dr Ryke Geerd Hamer. Daar ben ik met net zoveel overgave en enthousiame diep ingedoken als toen ik mijn duik nam in de informatica. Om na een paar maanden onthutst boven water te komen. Mijn wereld was totaal aan stukken, niets klopte er meer van wat over het algemeen wordt aangenomen, alles is verkeerd om. Mijn computer programma kon zo op de mestvaalt, er was geheel ander werk aan de winkel: de wereld wakker schudden, het wonder van de Nieuwe Geneeskunde aan iedereen duidelijk maken!
Het heeft jaren geduurd voordat ik moest aanvaarden dat je NIETS duidelijk kunt maken aan een ander. Je kunt een hint geven, een richtingaanwijzer op iemands pad zetten. Maar of hij/zij de aangeduide richting zal nemen, daarop heb je geen invloed.
Het huidige kwaliteitsmanagement is een ramp. Een universum van regeltjes is bedacht om de wereld in betere banen te leiden, maar dat administratieve nep-universum maakt het eigenlijke universum waar wij in leven kapot. Want een betere wereld is niet het eigenlijke doel van de acteurs in het spel. Wat uiteindelijk centraal staat bij iedereen is persoonlijk gewin.
Het kan geen toeval zijn dat ik sinds een paar jaar geïnteresseerd ben in oosterse denkwerelden van hindoeïsme en boeddhisme. En vooral Taoïsme: het onbegaanbare pad. Er is geen gebaand pad dat je naar je doel kan leiden. Want als het goed is, is er geen vaststaand doel. Het doel wijzigt constant, want er komen telkens nieuwe inzichten, vandaag zie je wat je gisteren nog niet kon zien. De beloning voor je inspanning is het eventuele resultaat van de inspanning, niet een vooraf gesteld doel van materieel gewin. En vooral: de beloning is de reis over het pad, niet het uiteindelijk bereikte doel. Passie en liefde voor je werk staan centraal, niet wat je met je werk zou kunnen bereiken.
Dat inzicht vind ik op een geniaal weergegeven manier helemaal terug in Zen and the Art of Motorcycle Maintenance.
En inderdaad, het boek één keer lezen is niet gelezen. Ik ben na de laatste bladzijde meteen opnieuw begonnen op de eerste pagina.
Hartelijk groet,
Jan Spreen