Beeld aan gruzelementen
Sándor Márai is een voorbeeld van een auteur die pas na zijn overlijden beroemd werd. Hij is in 1900 geboren in Košice, in wat toen nog Oostenrijk-Hongarije was. Márai was journalist en vertaler en via allerlei omwegen kwam hij uiteindelijk in de Verenigde Staten terecht. Hij publiceerde vanaf 1929 romans, verhalen en essays maar deed dat in zijn moedertaal, Hongaars. In zijn later communistische geboorteland werd zijn werk geweerd en bleef zijn bereik beperkt. Na het overlijden van zijn vrouw in 1986 en kort daarop van zijn zoon pleegde de eenzame Márai in 1989 zelfmoord. In 1990 werd Gloed in Italiaanse vertaling uitgebracht. Toen dit boek een aantal jaren later op de Duitse televisie lovend werd besproken was er geen houden meer aan. In Nederland heeft Wereldbibliotheek inmiddels twaalf van zijn boeken in vertaling uitgebracht. Recentelijk is De nacht voor de scheiding in een herziene vertaling (oorspronkelijk 2006) opnieuw verschenen.
Opbouw van de hoofdpersoon
De nacht voor de scheiding begint heel gewoontjes. Rechter Kristóf Kőmives heeft een verzoek tot echtscheiding in behandeling. Dagelijks werk voor hem maar dit is een bijzondere kwestie. De echtelieden zijn twee bekenden van vroeger. Imre Greiner is een vroegere klasgenoot. Anna Fazekas heeft hij een paar keer ontmoet. Hij vond haar toen mooi en even leek er sprake te zijn van toenadering. Het bleef bij enkele ontmoetingen die wel hun sporen hebben nagelaten. De rechter twijfelt of hij die zaak wel moet behandelen.
Goed, denk je dan. Wellicht gaat het verder en ontspint zich een verhaal over het mogelijke spanningsveld, maar nee. Een groot deel, ruim de eerste helft, bouwt Márai beetje bij beetje de persoon van de rechter op. Hij laat zien waar hij vandaan komt, wat zijn achtergrond is en zijn toekomst.
Kőmives is een stijve hark, formeel, afstandelijk, een man van regels zijn regels. Hij leeft ascetisch, hij verafschuwt slapheid en diëten volgen is iets voor nerveuze slappelingen. Een man uit een stuk. Maar er zijn barstjes te bespeuren. Af en toe heeft hij last van duizelingen. Zou hem onderhuids iets dwarszitten, is er sprake van ongemak, onvrede met zijn situatie, is hij die onfeilbare man? De woorden van zijn vrouw zijn in dat verband veelzeggend:
“Ja, ik weet het wel, jij kunt natuurlijk niet anders, jij bent de rechter, de onfeilbare, die zich nu eenmaal nooit vergissen kán, maar vergeet niet dat ik er ook nog ben en dat ik je op de vingers kijk.”
Plotselinge omslag
We belanden plotseling op een omslagpunt in De nacht voor de scheiding. Onze hoofdpersoon bezoekt een uitgebreide thee, een routineuze bijeenkomst met notabelen en familie, en valt ineens uit zijn rol. De eerste keer is dat tijdens een gesprek met vakgenoten, kort daarop nog eens tijdens een gesprek met zijn halfzus over een lopend scheidingsgeval. Het derde gesprek gaat over de naderende oorlog, de Tweede Wereldoorlog werpt zijn schaduw vooruit.
Daarbij blijft het niet. Bij thuiskomst wacht Kőmives een onaangename verrassing. Er is bezoek: Imre Greiner. De man die niet van verrassingen houdt is van de leg en dat wordt er niet beter op als Greiner zijn verhaal vertelt. Er ontspint zich een gesprek, hoewel het eerder een nachtelijke monoloog is die herinneringen oproept aan Gloed, een eerder vertaald werk van Márai.
Stilistisch is De nacht voor de scheiding niet opvallend. Márai brengt het nogal feitelijk en in een zakelijke stijl. De hoofdstukken zijn kort en in het deel waarin hij de persoon van de rechter opbouwt betreft het telkens los van elkaar staande onderdelen.
Zonder het expliciet te benoemen gaat het om thema’s als liefde, trouw, onderdrukte en weggestopte gevoelens. Wat doet de combinatie daarvan met een man die zo zorgvuldig een beeld van zichzelf heeft gecreëerd al dan niet onder druk van afkomst en maatschappelijke status?
Andere verteller, andere toon
Verder valt de stijlbreuk op. In het eerste deel is er een verteller die in de derde persoon over de rechter praat maar wel goed op de hoogte is van zijn gedachten en gevoelens. Greiner doet zijn relaas in de ik-vorm en dat levert een flink contrast op met het voorafgaande. Ineens is er sprake van emotie, weg is de afstandelijke toon.
Het bouwproces van de persoon Kőmives is een gegeven. De monoloog van Greiner is anders. Hij heeft er belang bij om zijn verhaal op deze manier te doen. Hij wil zichzelf rechtvaardigen, het lijkt erop dat hij zijn geweten wil ontlasten. Zijn verhaal is gekleurd en roept wel vragen op over de betrouwbaarheid.
Het pakt prachtig uit. De nacht voor de scheiding is een fascinerend verhaal, op een mooie manier verteld. Uitgeverij Wereldbibliotheek heeft er goed aan gedaan om het werk van Márai te laten vertalen en uitgeven. Ook dit boek is zeer de moeite waard en de herziene vertaling leest heel soepel.
Literatuur
Wereldbibliotheek
2021
Hardcover
207
L. Székely, M.H. Székely-Lulofs
9789028451605
Ontdek meer van JKleest
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
Beste Jan,
Vanaf het moment dat de boeken van Marai vertaald werden in het Nederlands ben ik ze gaan lezen. Het waren niet altijd gemakkelijke boeken, maar dat hoeft ook niet. Langzaam en grondig lezen bleek een goede oplossing.
Bedankt voor je recensie, ik herken veel uit je beschrijving.
Je schrijft dat er een nieuwe vertaling is van ‘De nacht voor de scheiding’. Heb je de eerste vertaling destijds ook gelezen en is de nieuwe vertaling een verbetering?
De Duitse uitgever Piper München Zurich (kan helaas niet altijd leestekens plaatsen) heeft een deel van Marai’s dagboekaantekeningen (1984-1989) gepubliceerd. Misschien heeft die uitgever nog meer delen van zijn dagboeken uitgegeven, ik heb alleen het genoemde deel.
De dagboekaantekeningen (soms een paar regels) van Marai zijn zeer indrukwekkend en echt de moeite waard om te lezen.
De laatste aantekening in zijn dagboek (augustus 1988) luidt:
‘L. fehlt mir heute sehr. Der Adel und die Vornehmheit ihres Korpes. Ihr Lacheln. Ihre Stimme.’
Anlu
Bedankt voor je reactie. Ik ben pas later begonnen met zijn boeken te lezen. Toen de eerste vertalingen werden uitgebracht kon ik veel minder tijd aan lezen besteden dan mij lief was. Zo loopt het soms. Inmiddels ben ik aardig bezig met een inhaalslag maar wat deze schrijver betreft ben ik nu pas bij het tweede boek aanbeland, na het prachtige Gloed. Dat heeft als voordeel dat ik nog heel wat boeken van hem heb te ontdekken.
De oorspronkelijke vertaling ken ik dus niet en of dit een verbetering is kan ik niet weten.
Ik wist niet van zijn dagboekaantekeningen, maar zal het zeker in gedachten houden; binnenkort maar weer eens naar een boekhandel in Duitsland. Gelukkig kan ik Duits goed lezen, dus wat dat betreft hoef ik niet per se op een Neerlandse vertaling te wachten.
Groeten, Jan