Als je in een boom woont moet je bidden
en hopen dat een hevig onweer losbarst
dat als een gek tekeer gaat in je takken
tot je neerploft in het zomerharde gras.
Vertrouw nooit iemand van wie de televisie groter is dan de boekenkast
Zand in de armen van alle andere zand
gedragen door het wachtend liggen der
woestijnen. Sombere stilte van planten
bijna altijd drijvend. Het levensgeheim
van de nevel en het steeds zegenend water
voedzaam uit de borsten van de hele regen.
Een reus kent zichzelf.
Hij zoekt een meisje zoet als een konijn
om weg te goochelen in en uit
de grote hoed van zijn hart.
Ik weet het, mensen, die ik heb bemind,
het was een straf mij lief te hebben.
Mijn vrouwen heb ik zelf ontvreemd,
mijn kinderen werden verre mensen
en mijn vrienden gingen spoorloos dood.
Als ik geen rood meer heb
maak ik de bomen groen, de struiken,
het hele landschap wat ik schilder.
Dus ook het onkruid en het gras,
De vruchten zijn verkocht.
De boeren betalen de pacht aan de Heren.
De vliegen vallen dood op tafel.